Afgelopen zomer heb ik me heel wat uurtjes vermaakt met een pakje kaarten. Niet alleen met vrienden en collega’s, maar ook met de kinderen in de miniclub. Met een pakje kaarten kun je een heleboel spellen doen: pesten, eenentwintigen, kwartetten, patience, klaverjassen, liegen en zelfs rummikub is een optie. Van al die kaartspellen zijn er varianten in de spelregels bij elke familie. Ook de kaarspellen Uno of Skib-Bo zijn erg leuk, maar wat als je die bent vergeten? Hieronder wat tips voor kaartspellen met een gewone stok kaarten!
Pesten en Uno
Het kaartspel pesten spreekt (waarschijnlijk) voor zichzelf en als de kinderen het eenmaal doorhebben kunnen ze zich er goed mee vermaken. Dit is ook een van de makkelijkste spellen om uit te leggen. Mocht je het spel Uno in je bezit hebben, is het nog makkelijker. De regels die bij de kaarten horen staan op de kaartjes vermeld.
Ben je Uno vergeten? Maak dan van de 10, de boer, de dame, de heer en de aas een 2-pakken, een 4-pakken, een kleurenwisselaar, een beurt-overslaan en een klok-draaien!
Kwartetten
Met een beetje fantasie kun je ook kwartetten met een kaartspel. Haal simpelweg de jokers eruit en je kunt beginnen met spelen. Zolang je van elk getal de vier verschillende tekentjes nog maar in je kaartspel hebt zitten.
“Mag ik van jou uit het rijtje van twee, de harten twee?”
Rummikubben
Mocht je graag willen rummikubben, kun je dat ook doen met kaarten. Gewone kaarten zijn wat groter dan de bekende rummikubsteentjes, maar het is natuurlijk ook leuk om de kaarten bijvoorbeeld op de grond te leggen en over het speelveld te kunnen lopen.
Het is in ieder geval erg makkelijk en leuk om één of meerdere kaartspellen mee te nemen op vakantie. Laat die lange autoreis en de gezellige campingavonden met de buren maar komen!